dinsdag 5 april 2011

Het nieuwe leren in de praktijk

John May schrijft over zijn ervaringen om vanuit bedrijfsperspectief samen te werken met het beroepsonderwijs. Hij gaat daar een stap verder dan wat we de laatste tijd in de media hebben kunnen lezen om de vergrijzing in het onderwijs op te vangen.  Dit zou kunnen door het inzetten van experts uit het bedrijfsleven als (parttime) (gast)docent. Uit zijn relaas kun je opmaken dat het daadwerkelijk uitvoeren van dit soort ideeën nog niet zo gemakkelijk is, dus lees zijn verhaal:

Het middelbaar en hoger beroepsonderwijs heeft zich in de afgelopen jaren enorm ingespannen om het onderwijs competentie gericht te maken. De aanleiding zat hem ooit in de vraag van het bedrijfsleven dat het onderwijs beter moest aansluiten bij de beroepspraktijk. Dit vereist een wezenlijk andere invulling van het onderwijs en een andere rol van de instellingen en de daar werkende docenten. Maar waar is het bedrijfsleven gebleven?

Bij de meeste opleidingscentra van grote organisaties is de wereld nauwelijks veranderd. Men organiseert hier het opleidingsaanbod nog steeds op dezelfde manier als men zelf gewend was onderwijs te krijgen. Klassikaal met veel kennis en met een beetje vaardigheid. De opleidingstrajecten bij deze bedrijfsopleidingscentra zijn voornamelijk cursus gericht. Een cursus is voor een bedrijf gemakkelijker te organiseren; een medewerker voor een aantal korte cursussen inplannen is overzichtelijker dan hem in een periode van een jaar (of misschien wel langer) te laten begeleiden naar een nieuwe bekwaamheid.
Men heeft de mond vol van eLearning en Blended Learning, maar de belangrijkste drijfveren hiervoor zijn kostenbesparing en niet het beter en effectiever ondersteunen van de medewerker bij de uitvoering van zijn beroepstaken. Zijn de bedrijfsopleidingcentra zelf wel bezig met het echt professionaliseren van hun medewerkers?

De echte onderwijsvernieuwing zit volgens mij in de samenwerking tussen de vragende partij (het bedrijfsleven) en de aanbiedende partij (het onderwijs) om de professionalisering van medewerkers vorm te geven. Het beroepsonderwijs komt hier in de positie om niet alleen op te leiden voor een start kwalificatie. Ze kan echt waarde toe voegen aan de beroepspraktijk en de bedrijfsopleidingscentra kunnen hun kennis van de beroepspraktijk inbrengen om samen onderwijs programma’s in te richten die echt aansluiten bij de behoefte van de beroepsgroep. Het onderwijs is hiermee langer en beter aangesloten bij de beroepsgroep en kan waarde toevoegen daar waar veel bedrijven niet hun kern competenties hebben zitten, namelijk leren.

De samenwerkingverbanden die hieruit ontstaan leiden tot duale programma’s die diep geworteld zijn in de bedrijven en de onderwijsinstellingen. Maar is de markt hier wel klaar voor? Als je met bedrijven praat over de professionalisering van hun medewerkers blijkt dat de behoefte er zeker is. Het probleem zit hem in de transformatie naar dit nieuwe model. Komt een bedrijf ooit los van het cursus denken als dominante opleidingvorm en komt een onderwijsinstelling ooit los van het doceren als dominante werkvorm?

Ik weet uit mijn eigen ervaring dat de eerste voorzichtige schreden door zowel bedrijfsopleidingscentra als onderwijsinstellingen gezet worden. Maar ook dat de weg naar echte samenwerking lang en moeizaam is.

John May
Learning Strategy Consultant
Capgemini Academy

Geen opmerkingen:

Een reactie posten