donderdag 31 maart 2011
Opleiden voor Samenleven 3.0
Judith Evertse deelt haar ervaringen over de discussieronde 'Opleiden voor de Toekomst' o.l.v. Hans van Driel op het onderwijscongres in Den Bosch van vorige week.
De afgelopen jaren is zich een evolutie aan het voltrekken, waarbij de industriële samenleving langzamerhand plaats aan het maken is voor het zogenaamde Samenleven 3.0. Maar hoe kunnen we in het onderwijs hierop inspelen; zoals gezegd, hoe kunnen we gaan opleiden voor de toekomst?
Digitale revolutie
Terugkijkend kunnen we concluderen dat de bovenstaande ontwikkeling werd ingezet met de digitale revolutie; de komst van het internet die hiermee samenging riep aanvankelijk het nodige wantrouwen op bij veel docenten. Hoe verraderlijk moest dit nieuwe medium wel niet zijn, als iedereen er maar informatie op kon zetten zonder dat de betrouwbaarheid daarvan kon worden gecheckt? Hoewel dit bezwaar gerechtvaardigd is en nog altijd fier overeind staat, is het voor massa’s mensen geen reden geweest het internet niet massaal te adopteren als belangrijke bron van informatie. Van veel docenten moet het een behoorlijk aanpassingsvermogen hebben gevraagd, omdat de digitale revolutie ook binnen hun onderwijs snel voelbaar is geworden. Aanvankelijke stuitte deze ontwikkeling in het onderwijsveld op het nodige verzet, wat verklaard kan worden uit een hang naar het behoud van het zogenaamde mechanistische wereldbeeld, waarin controle behouden (op de informatiestromen in dit geval) een belangrijke drijfveer is. In dit traditionele wereldbeeld, voortgekomen uit de verlichting en de industriële revolutie, dient het schrift als metafoor voor de manier waarop informatie wordt verwerkt: gestructureerd, lineair, top-down, logisch opgebouwd, vastleggend, eenrichtingsverkeer, en met de nadruk op het blootleggen van allerlei oorzaak-gevolgrelaties.
Onderwijs volgens het traditionele wereldbeeld
In het huidige onderwijs vertaalt dit wereldbeeld zich in een one-size-fits-all-model, waarbinnen een pakket van onderwijs wordt ontwikkeld dat bestemd is voor grote, homogene groepen die hetzelfde beroep of vakgebied gaan uitvoeren. In de klas is men gefocust op een top-down manier van onderwijzen, waarbij kennisoverdracht bijna uitsluitend door de docent plaatsvindt. De docent bepaalt welke info we wanneer tot ons nemen. En wanneer deze de teugels dan toch wat laat vieren en het initiatief meer bij de student neerlegt (bijvoorbeeld bij het maken van een presentatie of het uitvoeren van een onderzoek), dan draait het voornamelijk om de vraag: Hoe kan ik als student de docent behagen, met andere woorden: hoe kan ik voldoen aan zijn/haar verwachtingen?
Overgang naar Samenleven 3.0
We staan op het punt dit mechanistische wereldbeeld te verruilen voor een zogenaamde postmoderne samenleving, door Hans van Driel, vicedecaan Onderwijs op de faculteit Geesteswetenschappen aan de Tilburg University, het Samenleven 3.0 genoemd. Een wereld waarbinnen de focus wordt verlegd van kennisoverdracht en kennis vastleggen naar kennis delen en een Leven Lang Leren. Een dergelijke samenleving zal een andere rol vragen van de docent, die het initiatief meer aan de studenten zelf overlaat. Alleen dan kan de student bijvoorbeeld optimaal worden voorbereid op het Nieuwe Werken, waarin netwerken centraal zullen staan en de aan terrein winnende Rijnlandse manier van organiseren meer invloed zal krijgen.
Evolutie of revolutie?
Volgens Van Driel (@hvdriel) zou de impact van deze overgang weleens vergelijkbaar kunnen zijn met die van de transitie die plaatsvond toen de op agrarische leest geschoeide samenleving geleidelijk werd vervangen door de maatschappij van na de industriële revolutie. Ook nu gaat het in principe om een evolutionaire ontwikkeling. Desondanks bestaat er volgens Van Driel de nodige urgentie als het gaat om het omvormen van het huidige onderwijs naar de eisen van deze nieuwe samenleving. Als we te laat reageren op de huidige ontwikkelingen, dan worden we geconfronteerd met een situatie waarin de studenten zelf het initiatief gaan nemen en een heuse revolutie afdwingen.
Hoe leiden we op voor de toekomst?
Maar hoe leiden we op voor de toekomst, en hoe kunnen we in het onderwijs concreet inspelen op de in deze blog beschreven overgang? Het type onderwijs dat bij dit nieuwe wereldbeeld past zou in ieder geval een grote rol moeten geven aan de student zelf, die op basis van op maat gemaakt onderwijs zijn weg zal moeten vinden. Meer informatie hierover kunt u vinden op de werkplaats van het n.0 project van Hans van Driel.
Onderzoekend leren
Ik mocht zelf van dit nieuwe onderwijs al een glimp opvangen toen ik als onderzoeker een rol speelde bij het Vrolijke School-project van de Vrije Universiteit, dat een aantal jaren geleden werd uitgevoerd. In dit project gingen leerlingen uit de 3e en 4e klas van een Gymnasium op basis van hun eigen onderzoeksvraag zich verdiepen in een taalkundig thema (Hoe zit het taalgebruik in de nieuwe digitale genres eruit?), waarbij ze al onderzoekend leerden. Dit leverde zeer verrassende uitkomsten op, en liet zien hoe nieuwsgierig en doortastend leerlingen kunnen zijn als je ze de ruimte geeft om zelfstandig te werken. Prachtige observaties kwamen hieruit voort (‘Door de ontwikkeling van chattaal te analyseren kunnen we misschien ook wel meer te weten over de ontwikkeling van taal in het algemeen’).
Maar het verhaal stopt hier nog niet. In mijn volgende blog zal ik dieper ingaan op de concrete vertaling van de hierboven beschreven ontwikkeling naar het onderwijs.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten